Voor veel mensen is februari de maand van de wintersport. Jong, oud, ervaren, onervaren, voor een hoop mensen is de skivakantie een week lang sportief bezig zijn en plezier hebben met elkaar. En dat gaat gepaard met een hapje en vaak ook een drankje. En vooral dat laatste kan best wel eens tot problemen leiden. Mensen staan vaak niet stil bij de gevaren die alcohol op de skipiste kan veroorzaken.
Op weg naar en van het skigebied doen we allemaal ons best om veilig over te komen. Winterbanden, sneeuwkettingen en geen slok op achter het stuur. Maar zodra men de berg af sjeest, gebeurt het regelmatig dat er tijdens de tussenstops meer alcohol genuttigd wordt dan goed is. Tussen de middag een pasta, een curryworst of een patatje, vaak met een biertje (zeg maar gerust: bier) erbij. Een halve liter is heel normaal. En houdt men het bij eentje tijdens de lunch, is er meestal nog niets aan de hand. Er zijn echter genoeg mensen die er meer achterover slaan, terwijl ze ’s middags weer verder skiën. Vaak wordt vergeten dat het lichaam anders reageert op alcohol na lange, vermoeiende dagen op de latten. En dan wil er toch nog wel eens wat misgaan op de piste, met soms ernstige ongevallen tot gevolg. Je brengt daarbij overigens niet alleen jouzelf in gevaar, maar vooral ook anderen.
En wat veel mensen niet weten, is dat verzekeraars doorgaans geen dekking bieden na ongevallen waarbij (teveel) alcohol in het spel was. De kans is groot dat de gipsvlucht, de medische kosten en de overige financiële gevolgen dan voor eigen rekening komen. En dat kan behoorlijk in de papieren lopen. Nou wil ik hier echt niet de moraalridder gaan uithangen; ik snap dat alcohol bij kan dragen aan de gezelligheid. Maar waarom niet wachten met drinken tot ná het skiën; je weet wel, tot de après-ski?
Bron: Hart van Enschede, februari 2020